Ook voor kunstkijkboeken geldt dat er een enorm uitgebreid en gevarieerd assortiment in alle vormen en kleuren en maten bestaat – en dat deze leesmaterialen zich uitstekend lenen tot gebruik in de kleuterklas.
We geven hier tips over hoe je rond Het kleine museum (Le Saux & Solotareff, 2006) in velerlei ontwikkelingsdomeinen kan werken met kleuters.




Ten eerste mogen de kleuters gedurende enkele dagen vrij in het boek bladeren. Je geeft als geheimzinnige bladertip mee of er hen iets speciaals opvalt aan de woorden in het boek. De kleuters die het vinden, mogen het in het oor van juf/meester komen fluisteren, maar niet verklappen aan de rest. Op een gezamenlijk moment wordt het grote geheim aan de hele klas geopenbaard. En dat geheim is dat er telkens enkele woordjes staan die met dezelfde letter beginnen (het boek is alfabetisch opgebouwd).
Je bekijkt met de kleuters even de afbeeldingen met bijhorende woorden die beginnen met de klank /h/ en de letter h. De kleuters mogen in groepjes hun lievelingsbeeld dat begint met deze letter kiezen (haan, haardos, haas, haasje-over, hand, helm, herten, hoed, hond, houthakkers, huis). De kinderen in dit voorbeeld (zijn de kleutertijd respectievelijk net en al lang ontgroeid, en) kiezen voor hoed, een detail uit De intrige (1890) van James Ensor.

Dan mogen de kleuters in hun groepje een zo waarheidsgetrouw mogelijke kopie maken van dit beeld: ze bootsen het kunstwerk van hun keuze na door middel van een tableau vivant – ze gaan dus van een reproductie uit een boek naar de werkelijkheid. De kinderen in ons voorbeeld zullen het detail (hoed) uit De intrige naar een mastercopy vertalen.
Om deze meesterkopie te kunnen maken, dienen eerst materialen verzameld te worden. De kinderen kijken nog eens zeer gefocust naar het beeld dat zij zullen reproduceren; om te bepalen welke materialen ze nodig hebben: een mens, een hoed … en ze menen ook een vis te ontwaren op dit beeld. Op zoek dus naar hoeden en vissen in de klas en op school!
Eens uit de verzamelde materialen geselecteerd werd welke hoed en welke vis het zullen worden, worden de rollen verdeeld: wie zal de mens zijn met de hoed, wie manipuleert de vis, wie fotografeert?
Zo. Fabuleus!


Samen gaan jullie op zoek naar het oorspronkelijke werk waaruit dit detail komt. Op het wereldwijde web valt dit uiteraard te bezichtigen; interessanter is om in dit geval (de hoed uit De intrige) met de kleuters naar het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen te trekken, om het daar ‘live’ te gaan bewonderen ... Neem gerust de tableaus vivants van de kleuters mee. En … zoek de vis!
De intrige, James Ensor, 1890

In het museum zelf en ook terug in de klas, kunnen jullie nog diepgaand vergelijken, reflecteren, de gemaakte tableaus eventueel bijschaven en … een dergelijke, rijke activiteit met zo’n prachtig resultaat schreeuwt om een tentoonstelling (al dan niet digitaal) voor de andere klassen en de (groot)ouders, toch?
Vanuit al deze belevenissen, kunnen jij en de kleuters naadloos doorbreien:
- Gaan jullie verder met hoeden, met maskers, met tableaus vivants, met meesterkopieën …?
- Of willen de kleuters zich verdiepen in Ensor – ga zijn werk dan zeker bezichtigen in Het James Ensorhuis in Oostende (De intrige is daar niet bekijken, maar uiteraard wel een weldadige hoop aan andere werken van Ensor).
- Gaan jullie verder aan de slag met Het kleine museum? Zorg dan voor enkele anderstalige exemplaren en laat de kleuters eens zoeken in de Frans-, Duits- of Spaanstalige versie: staat er daar ook een hoed bij de h?
- …
Via deze activiteit werk je in de eerste plaats aan kunstbeschouwing en kunstbeleving enerzijds, en dramatische expressie anderzijds. Wat een cadeau voor de kinderen om met deze prachtige kunst in aanraking te komen én er hun eigen beleving aan toe te voegen. Meteen vergroot en verbreed je ook de (muzische) wereldkennis en leefwereld van de kleuters. Welke vijfjarige kan zeggen dat hij de kunst van Ensor heeft ontdekt?
Qua muzische vorming van de kleuters is deze activiteit ook echt een schot in de roos. De kleuter geniet van het oorspronkelijke kunstwerk, de eigen kunstcreatie en die van andere groepen. Het bestuderen van het kunstwerk en het maken van de mastercopy is ook een bijzonder goede oefening voor het visueel vermogen: de kleuters moeten details zien, herkennen, onthouden, nabootsen, analyseren, samenvoegen: visuele discriminatie, visueel geheugen, visuele analyse en synthese komen aan bod. De kleuters ontwikkelen materiaalgevoeligheid bij het zoeken naar materialen om het kunstwerk na te bootsen; ontdekken en exploreren met kleur, lijn, vlak, ritme, vorm; én wenden verschillende beeldende middelen aan om samen tot een beeldend werk te komen.
In de groepsactiviteit oefenen de kleuters de kunst van het productief samenwerken: op elkaar afstemmen, keuzes maken (wie doet wat), je neerleggen bij de beslissing van de groep maar toch ook assertief opkomen voor je eigen mening, enzovoort. Het samenwerken is ook een mooie manier om de kleuters spreekkansen en luisterkansen te geven: ze delen ideeën, luisteren naar elkaar, geven hun mening, geven commentaar op ideeën van anderen …
Het maken van een tableau vivant zorgt niet alleen voor veel taal, maar is ook een goede oefening op ruimtelijke oriëntatie en de bijhorende wiskundige taal (naast, achter …). En moet het nog gezegd dat ook de fantasie van de kleuters wordt gestimuleerd, wanneer zij het kunstwerk op meesterlijke wijze nabootsen? En dan hebben we het nog niet over een mogelijk museumbezoek gehad!
The making of:
